Aanbidding: wat is dat ?

Wat is de Bijbelse definitie? 

Volgens het Nederlands woordenboek betekend aanbidden: vereren, liefhebben, beminnen.

In het Oude Testament betekent het; neerbuigen voor en neerknielen, aanbidding wordt hier vooral gezien als een daad, een handeling voortkomend vanuit een innerlijke houding. We vinden dit o.a. terug in Psalm 95.
Als Jezus verzocht wordt in de woestijn en de duivel hem wil verleiden zich voor hem neder te werpen en te aanbidden antwoord Jezus: Er staat immers geschreven : De Here Uw God zult gij aanbidden en Hem alleen dienen. (Mat.4:10) Jezus citeert hier Deuteronomium 6:13 waar staat : De Here uw God zult gij vrezen, Hem zult gij dienen. Hieruit blijkt dat aanbidding alles te maken heeft met ‘de vreze des Heren’. Hierover zou je vele pagina’s kunnen schrijven maar wat de vreze des Heren inhoud heeft niets te maken met angst maar veel meer met een heilig ontzag, eerbied en een besef van Gods grootheid en heiligheid en daar tegenover onze eigen kleinheid en afhankelijkheid.
In Spreuken 22:4 wordt de vreze des Heren gelijkgesteld aan ootmoed, wat te maken heeft met een nederige houding.

In het Nieuwe Testament krijgt het begrip aanbidding een extra dimensie door de vertaling van het Griekse woord voor aanbidding ‘proskuneo’ wat betekent : zich neerbuigen om te kussen, kussen in bewondering.
Een heel mooi voorbeeld hiervan vinden we in Lucas 7:36-50 waar de zondares huilend de voeten van Jezus kust en ze met haar haren afdroogt, Jezus zegt van deze vrouw dat zij veel liefde betoonde. Hierin vinden we de betekenis van aanbidden als liefhebben en vereren terug, het eerste gebod: God liefhebben met geheel ons hart, onze ziel en ons verstand heeft alles te maken met een leven van aanbidding. 
Onze naaste liefhebben staat hiermee direct in verband, 1 Joh. 4:7-8 spreekt hierover: Laten wij elkaar liefhebben, want de liefde is uit God: en  een ieder die liefheeft is uit God geboren en kent God. Jezus zegt dat wie zijn gave wil brengen voor het aangezicht van God zich eerst moet verzoenen met zijn broeder. (Mat. 5:24) God heeft meer behagen in onze gehoorzaamheid dan in onze offers, het gaat Hem niet om onze uiterlijke eredienst of om de plaats waar we aanbidden maar Hij zoekt een hart dat volkomen naar Hem uitgaat.

Waar vindt aanbidding plaats? 

In het gesprek van Jezus met de Sameritaanse vrouw komt naar voren dat het er niet om gaat of we in Jeruzalem of op de berg Gerizim aanbidden maar: ‘de ure komt en is nu dat de waarachtige aanbidders de Vader aanbidden zullen in geest en in waarheid: want de Vader zoekt zulke aanbidders’. God verlangt niet naar onze aanbidding als een op zichzelf staande handeling of uiting, maar Hij zoekt aanbidders, mensen die met heel hun hart aan Hem toegewijd zijn en met hun hele leven Hem dienen en liefhebben. Aanbidden in geest betekent dat we beseffen dat alles wat we aan God kunnen geven we eerst van Hem ontvangen hebben en dat wat we voor Hem kunnen doen alleen waarde heeft als het door Zijn Geest geleid en geïnspireerd is. Aanbidden in waarheid wil zeggen dat onze woorden overeen moeten stemmen met onze daden, waarheid staat hier ook voor echtheid en oprechtheid. Is ons dagelijks leven aan God toegewijd?, buigen we voor God of voor de verleidingen van deze wereld? Als we zonde toelaten brengen we scheiding tussen God en onszelf en zal ons aanbiddingsoffer (zoals bij Kain) geen waarde hebben, maar als we onze zonden belijden is Hij getrouw en rechtvaardig om onze zonden te vergeven en ons te reinigen. (1 Joh.1:9)

Door Jezus hebben we een vrije toegang verkregen tot de troon van de genade (symbool voor het verzoendeksel van de ark des verbonds, de ‘mercy seat’ de plaats waar de heerlijkheid van God zich openbaarde aan Israël) en mogen we in een intieme relatie met God staan. Dat in deze relatie sprake is van een wederzijdse communicatie kunnen we opmaken uit Hebreeën 4:16 waarin staat dat we mogen toegaan tot de troon van genade om barmhartigheid te ontvangen en genade te vinden om hulp te verkrijgen te gelegener tijd.
Romeinen 12:1-2 spreekt van het stellen van ons lichaam tot een levend, heilig en Gode welgevallig offer, en dat we door de vernieuwing van ons denken mogen erkennen wat de wil van God is.
1 Petrus 2:5 Laat u ook zelf gebruiken als levende stenen voor de bouw van een geestelijk huis, om een heilig priesterschap te vormen, tot het brengen van geestelijke offers.
1 Petrus 2:9 spreekt ervan dat we een door God gekozen geslacht zijn, een koninklijk priesterschap en Gods volk om Zijn grote daden te verkondigen. Een leven als aanbidder zal invloed hebben op de mensen om ons heen, door onze liefde voor God zullen we Zijn getuigen zijn in woord en daad, en anderen voor Christus winnen. 

Aanbidding in de eredienst.

Uit het bovenstaande blijkt dat aanbidding bovenal een houding van ons hart is ten opzichte van God, dit resulteert in een levensstijl die overeenstemt met Gods wil en Zijn woord: we zijn aanbidders. Vanuit dit leven zullen er momenten zijn waarop we dit in onze woorden en liederen tot uiting kunnen brengen. Alleen als we met heel ons leven God aanbidden hebben onze woorden en liederen zeggingskracht en zijn ze voor God als een lieflijk reukwerk. Andersom zal als we met ons hele hart God aanbidden, Hem eren en prijzen dit een uitwerking hebben op ons leven, en als hierin onze liefde voor God toeneemt zal ook de liefde voor onze naaste toenemen.
Deze houding van aanbidding zou je als basis kunnen zien van waaruit verschillende vormen een functie krijgen in het geheel van de eredienst: we mogen God loven en prijzen (lof offeren), Zijn naam belijden, Zijn daden verkondigen, onszelf verootmoedigen, Hem danken, en elkaar daarin aansporen, bemoedigen en opbouwen.
Hebr. 12:28-29 ‘ Laten wij derhalve, omdat wij een onwankelbaar koninkrijk ontvangen, dankbaar zijn en hierdoor God vereren op een Hem welbehaaglijke wijze met eerbied en ontzag, want onze God is een verterend vuur.’ Het woord vereren ‘lautreuo’ betekend ook: openbare aanbidding, hiervan is ons woord eredienst afgeleid.

Kol.3:16. Het woord van Christus wone rijkelijk in u, zodat gij in alle wijsheid elkander leert en terechtwijst en met psalmen, lofzangen en geestelijke liederen Gode dank brengt in uw harten.

Ef.5:18-19 Maar wordt (voortdurend) vervuld met de Heilige Geest, en spreekt onder elkaar in psalmen, lofzangen en geestelijke liederen en zingt en jubelt de Here van hart, dankt te allen tijde in de naam van onze Here Jezus Christus, God de vader voor alles, en weest elkander onderdanig in de vreze van Christus.

Wat is het doel?

Het doel van aanbidding en lofprijzing is het verhogen van God, het zich bewust worden van Gods grootheid en heiligheid, het zich volkomen richten op God, op wie Hij is en wat Hij doet.
Door te prijzen, te belijden en te verkondigen vinden we onze vreugde in God en groeien we in het geloof, in het vertrouwen, in ons besef van God en in onze verwachtingen van Hem.
Psalm 22:4 zegt dat God troont op de lofzangen van zijn volk. Door onze eensgezinde lofprijzing, belijdenis en waarachtige aanbidding bouwen we Gods troon, waardoor Hij dichterbij ons komt, en we Zijn aanwezigheid ervaren en Hij tot ons kan spreken. 

Lofprijzing en aanbidding gaan veel verder dan oppervlakkige vrolijkheid, het verkeren in Gods aanwezigheid doet onze gebroken werkelijkheid in een ander perspectief staan: we zien God in zijn heerlijkheid en grootheid, mogen Hem kennen en zien dat Hij ons gebroken en zondige bestaan in handen heeft. Juist in de moeite en in de gebrokenheid zijn lofprijzing en aanbidding instrumenten om ons uit te tillen boven onze eigen omstandigheden en zorgen en deze te laten vervangen door vertrouwen in en erkenning van Gods grootheid en macht. We zoeken bij God een schuilplaats om vervolgens te kunnen zien dat we verkeren in Zijn heiligdom waar het alleen nog maar gaat om zijn heerlijkheid en om wie Hij is en voor ons wil zijn. (Ps. 22:4 Ps.75, Ps.51, IIKron.20, Hand.4 )

Psalm 139 spreekt van Gods alwetendheid en alomtegenwoordigheid, als we deze in onze aanbidding belijden en erkennen staan we Hem ook toe ons hart te doorgronden en te toetsen en ons te laten zien wat niet goed is in ons leven. Ook dit is een aspect van aanbidding: Zijn aanwezigheid legt bloot wat in ons zondig en gebroken is, omdat het in de aard ligt van God te streven naar heiligheid. Joh. 16:8 De Heilige Geest overtuigd van zonde gerechtigheid en van oordeel.

Een ander aspect is de bevrijding die God kan schenken als Hij in heerlijkheid in ons midden verschijnt. In de lofliederen van de bijbel, de psalmen wordt Gods bevrijdende macht bezongen in bijvoorbeeld psalm 18 en psalm 40.
We kunnen hieruit opmaken dat het essentieel is om in onze samenkomst de macht en heerschappij van de Heer te erkennen en met verwachting uit te zien naar Zijn krachtige aanwezigheid.
Aanbidding en lofprijzing heeft ook te maken met geestelijke strijd, dit leren we uit de overwinning van koning Josafat (IIkron.20). Gods aanwezigheid in ons midden zal om een reactie vragen, het licht wordt van het duister gescheiden, door onze belijdenis wint het Koninkrijk van God terrein.

Tenslotte moeten we erkennen dat lofprijzing en aanbidding een gebeuren is dat je nooit compleet bevatten of met woorden omschrijven kunt, omdat het hier ook de aanwezigheid van God zelf betreft: Een beschrijving van Zijn veelzijdige karakter en optreden schiet altijd te kort.

Hoe komen we in aanbidding?    

Een belangrijk model voor de invulling van onze eredienst is de oudtestamentische tabernakel, hierin stonden een aantal voorwerpen.

Het brandofferaltaar; dit is het beeld van Christus offer voor ons tot vergeving van onze zonden, en roept ons op onszelf als een offer te stellen, vol toewijding en overgave aan God. Steeds opnieuw moeten we ons bewust zijn van wat Jezus voor ons heeft gedaan en ons in onze gebeden en liederen aan Hem toewijden.

Het koperen wasbekken; beeld van onze reiniging van  zelfgerichtheid en van het wereldse denken. Jezus bloed reinigt ons van onze zonden en tekortkomingen als we deze belijden. Door het woord worden ook ons denken en ons hart gereinigd.

De gouden kandelaar is het beeld van Christus als het licht der wereld en het levend geworden Woord dat tot ons spreekt en een licht is op ons pad.

De toonbroden zijn een beeld van onze onderlinge gemeenschap en de eenheid die we in de Heer mogen ervaren.

Op het reukofferaltaar mogen we onze aanbidding en onze gebeden brengen als een  reukwerk voor God. 

Via deze weg door het heiligdom mogen we komen in het Heilige der Heiligen, dit is waar de heerlijkheid van God is, waar we Zijn aanwezigheid mogen ervaren en door Hem aangeraakt zullen worden zodat we Zijn heerlijkheid ook zelf gaan weerspiegelen.
2 Kor. 3:18 “ En wij allen die met een aangezicht waarop geen bedekking meer is, de heerlijkheid des Heren weerspiegelen, veranderen naar hetzelfde beeld van heerlijkheid tot heerlijkheid, immers door de Here die Geest is.”


                        door: Filip Leenman, 2001