Feest van de Drie-éénheid

In deze korte formule van het doopsel zit heel de heilswerking vervat die ons mensen ten deel valt. Het is een puur geschenk waardoor we opgenomen worden, als het ware ondergedompeld in het mysterie van de Goddelijke Drievuldigheid. Niets van dit mysterie is vatbaar voor het menselijk verstand. De grootste geleerden en de dikste boeken kunnen slechts een versluierd beeld scheppen wat God ons wil openbaren. Toch is het een realiteit zonder voorgaande, van eeuwigheid tot eeuwigheid. Tijd en ruimte ver overstijgend en toch zo nabij. Maar het is God zelf die de uitnodigende openbaring heeft bewerkt. God die van bij de aanvang aan alles het leven schonk, groeikracht en evolutie, die zweefde over de wateren, en mens en dier het leven in blies, Hij is dezelfde die mens werd, geboren uit de vader, God uit God, licht uit licht.
Dankzij de eniggeboren Zoon hebben we de Vader leren kennen, en deze twee zijn één. “Wie Mij ziet, ziet de Vader!” Hij heeft de ellende van ons menselijk bestaan willen delen tot het uiterste. Hij heeft de dood teniet gedaan, en is weergekeerd naar de Vader om voor ons een plaats te bereiden. Hij laat ons nooit alleen, Hij heeft ons de helper beloofd, de Geest die van Hen beiden is uitgegaan.

O wonderlijk spel van de liefde, Drie-éne God, ik vertrouw op u, op uw barmhartigheid, ik geloof in U. Paulus schrijft: De Geest, die gij ontvangen hebt, is er niet een van slaafsheid, die u opnieuw vrees zou aanjagen. Gij hebt de geest van het kindschap ontvangen, die ons doet uitroepen: “Abba, Vader!” (Rom.814-17)
Ondergedompeld door het doopsel in dit goddelijk mysterie zijn we erfgenamen geworden van God.
Zouden we hier aan kunnen voorbijgaan zonder vol vreugde te getuigen van de Goedheid van God. Ons leven immer verloopt in de naam van de Vader, de Zoon en de heilige Geest. “Gekeerd naar de Vader, toegewijd aan de Zoon, bezield door de heilige Geest. Laten we hiervan blije getuigen zijn!